Voor mij bestaat muziek uit drie elementen: structuur, vitaliteit en geheimzinnigheid
Het is mijn ideaal om muziek te componeren die de luisteraar onmiddellijk in een eigen wereld brengt. Ik streef naar een herkenbare klank, een klank met persoonlijkheid, poëzie en een eigen structuur, met nadruk op de melodische lijn, hoe versplinterd ook.
Hoe mijn muziek tot stand komt, of er wel of geen woorden aan te pas komen, of er wel of niet gezongen wordt, welke techniek erbij gebruikt is, hoe ik me voelde gedurende het componeren, dat alles doet niet ter zake. Ik zoek oren die niet alles onmiddellijk willen duiden, maar eerst willen ontvangen. Oren die gedreven worden door nieuwsgierigheid, oren waarvoor iedere luisterervaring een opmaat is voor iets dat niet (alleen) in woorden, in beelden of in gedachten vervat kan worden, voor iets dat alleen opgeroepen kan worden door de trillende lucht die muziek – de meest abstracte van alle kunsten – immers is.
Voor mij bestaat muziek uit drie elementen: structuur, vitaliteit en geheimzinnigheid. Zonder structuur is er geen muziek: de door een componist aangebrachte structuur leidt tot een verhaal in klanken. Vitaliteit is voor mij eerder activiteit dan tempo. Hoewel ik houd van ritmische, vitale constructies, kan ook extreem langzame muziek vitaal zijn door de concentratie op de activiteit van de klank zelf, en de wijze waarop de klank gevormd wordt. Geheimzinnigheid ten slotte, is voor mij niet een mystiek gegeven, maar eerder het resultaat van een structuur die zich niet onmiddellijk prijsgeeft, van een samenstelling van klanken die de luisteraar door raffinement of onorthodoxe combinaties verleidt tot meerdere malen luisteren – of een combinatie van al deze factoren.
Mijn favoriete muziek is de muziek die vragen oproept, die de nieuwsgierigheid prikkelt en daardoor uitdaagt en inspireert; muziek die meer doet dan alleen aan een esthetisch ideaal beantwoorden. Dat zoek ik in het werk van anderen, en daar streef ik naar in mijn eigen muziek. Mijn nieuwsgierigheid wint het altijd van mijn twijfels, en met mijn twijfels roep ik meer vragen op dan ik kan beantwoorden. En vanuit mijn antwoorden ontstaan meestal weer nieuwe vragen. En zo is iedere nieuwe compositie een nieuwe vraagstelling met een voorlopig antwoord.
Maarten Altena, januari 2010